Noord-Brabant

(samenvatting)
De Delftse hoogleraar geohydrologie Olsthoorn heeft op verzoek van de provincie Noord-Brabant advies uitgebracht over de opslag van Belgisch radioactief afval in de Belgische klei. Deze kwestie veroorzaakt in Nederland veel onrust. Het advies werd op 23 september 2011 aangeboden. Daarbij waren mede aanwezig directeur Guiljo van Nuland van Brabant Water en Ike Teuling van Greenpeace.
Kort samengevat meent Olsthoorn dat:

- Een “eeuwige” opslag van bestaand radioactief afval alleen verantwoord met een ondergrondse, niet terugwinbare berging mogelijk is
- de studies in Mol naar de eigenschappen van klei goed zijn, maar onvolledig omdat alleen de Boomse klei deugdelijk onderzocht is
- er menselijkerwijs niets gebeuren kan, maar dat menselijke onwijsheid de belangrijkste bron van zorg is, en dat alleen al daarom extra veiligheid welkom is
- daarom ook een kleilaag onder de Boomse klei bestudeerd zou moeten worden, omdat een eventuele diepere berging tot extra veiligheid leidt.
- voor dit onderzoek tien jaar extra nodig is. Dat kan want het afval moet toch nog een tijd boven de grond afkoelen
- Een opslag ten Zuiden van de waterscheiding tussen Maas en Schelde moet liggen, want dan stroomt het water na een (onwaarschijnlijke) calamiteit niet meteen onze kant op

Er zijn veel kanttekeningen te maken bij het rapport. De belangrijkste:
- Wat is de uitwerking in België van een rapport dat een Nederlandse hoogleraar maakt voor een Nederlands bestuursorgaan over een Nederlands belang?
- Hoe geloofwaardig is Nederland cq Brabant nu de Belgen besloten hebben om geleidelijk aan uit de kernenergie te stappen, terwijl Nederland (met een Brabantse financiele inbreng) juist een nieuwe kerncentrale wil bouwen?
- Olsthoorn lost het probleem niet op (wat ook niet van hem gevraagd kan worden), maar verplaatst het in de ruimte en de tijd

Voor het volledige artikel klik hier
Nadere informatie bij B.Gerard, 040-2454879, bjmgerard@gmail.com