Noord-Brabant

Onlangs was in het Brabants Dagblad te lezen dat de gemeente Landerd de procedure voor het landbouwontwikkelingsgebied binnen haar gemeentegrenzen vanwege nader onderzoek heeft opgeschort maar wel de aanvraag voor mega-uitbreiding in verwevingsgebied van een veehouderij in De Steeg in behandeling heeft genomen. Veerle Slegers van de SP-statenfractie heeft daarover de volgende vragen aan het college van Gedeputeerde Staten gesteld:

1. Bent u met de SP van mening dat de voorgenomen uitbreiding van een varkenshouderij in verwevingsgebied in Reek in het kader van de afspraken in de Reconstructiewet volstrekt ongewenst en niet acceptabel is?
2. Bent u van plan om met de gemeente Landerd in gesprek te gaan over hun en uw verantwoordelijkheid om de uitbreiding van de varkenshouderij in dit of welk ander verwevingsgebied dan ook tegen te gaan, en over de wijze
waarop dat kan? Zoniet, waarom niet?
3. Met de SP zijn steeds meer Brabanders van mening dat ook in landbouwontwikkelingsgebied uitbreiding van veehouderijen tot een voorgenomen omvang als die in De Steeg ongewenst en schadelijk is voor heel veel Brabantse belangen, inclusief voor de belangen van Brabantse veehouders. Ook hebben erg veel Brabanders in de recente provinciale consultatierondes over ruimtelijke ordening aangegeven van het provinciebestuur een regisserende rol te verwachten. Bent u het met ons eens dat de provinciale overheid plannen van ontwikkelingsgerichte ondernemers in principe met een open blik tegemoet moet treden, maar dat de provincie wel degelijk de verantwoordelijkheid heeft om behalve de economische belangen van de ondernemers ook andere provinciale belangen (zoals de economische kansen van andere, minder draagkrachtige Brabantse varkenshouders, de gezondheid van Brabantse burgers in het buitengebied, de ecologische en –luchtkwaliteit en een evenwichtige ruimtelijke ordening van het buitengebied) actief te bewaken en veilig te stellen?
4. Zo ja, bent u dan van plan om de gemeente Landerd en de betreffende ondernemer te ondersteunen bij het vinden van economisch en ecologisch verantwoorde alternatieven voor de ontwikkeling van deze varkenshouderij
waarbij bovengenoemde bredere belangen niet in het geding zijn?
5. Bent u bereid om met de Commissie RM en alle betrokken maatschappelijke partners (bewoners van het Brabantse buitengebied, milieu- en natuurorganisaties, boerenbelangenorganisaties, gemeenten etc.) nog dit
kalenderjaar te overleggen over een noodzakelijk plafond voor de omvang en het aantal dieren binnen één veebedrijf en bedrijfslocatie, ongeacht of het extensiverings-, verwevings- of landbouwontwikkelingsgebied betreft?
6. Bent u bereid om met het ministerie van Landbouw, Natuur en Visserij in gesprek te gaan over de noodzaak van een dergelijk, landelijk geldend plafond?
7. Bent u bereid om een dergelijk plafond vast te leggen in de provinciale structuurvisie Ruimtelijke Ordening met als doel een echt evenwichtige afstemming van alle provinciale belangen?