Noord-Brabant

Op 10 mei jongstleden heeft het Europees Parlement, mede dankzij de inspanningen van de Europese fractie van de SP, bepaald dat het openbaar vervoer niet aanbesteed hoeft te worden.
De Statenfractie van de SP verwelkomt dit besluit. De SP heeft zich altijd verzet tegen de marktwerking en aanbestedingsplicht in het openbaar vervoer. Uit de ervaringen van de afgelopen jaren concluderen wij dat liberalisering nadelig is voor reizigers én personeel. Marktwerking heeft geleid tot bezuinigingen op de dienstverlening, service en onderhoud. Maar ook tot besparingen op de personeelskosten. Vervoersbedrijven werken steeds meer met tijdelijke- en flexcontracten en proberen zoveel mogelijk te bezuinigen op loonkosten en arbeidsvoorwaarden om bij aanbestedingen voor een zo laag mogelijke prijs in te kunnen schrijven.

De nadelige consequenties van marktwerking in het stads- en streekvervoer zijn vooral in Brabant zichtbaar geworden: mislukte aanbestedingen, stakingen en onveilige bussen in het oostelijke deel van de provincie.

Ondanks het besluit van het Europees Parlement geldt de wettelijke aanbestedingsplicht nog steeds in Nederland. Maar gelukkig is de Tweede Kamer in beweging. De Kamerfractie van de SP zal binnenkort met een voorstel komen om provincies en gemeenten de vrijheid te geven om zelf te bepalen of zij het openbaar vervoer willen aanbesteden.

Naar aanleiding van bovenstaande heeft de fractie van de SP de volgende vragen aan het college van Gedeputeerde Staten gesteld:
1. Wat vindt uw college van het besluit van het Europees Parlement om lidstaten niet te verplichten het openbaar vervoer aan te besteden?
2. Bent u bereid om bij het kabinet te pleiten voor het verlenen van beleidsvrijheid aan lagere overheden zodat zij zelf kunnen bepalen of zij het openbaar vervoer willen aanbesteden? Graag vernemen wij bij de beantwoording van deze vraag wat uw argumenten zijn.
3. Deelt u de opvatting van de SP-fractie dat de marktwerking in het stads- en streekvervoer zo snel mogelijk moet worden teruggedraaid en dat dit vervoer teruggebracht dient te worden in gemeenschapshanden. Graag vernemen wij bij de beantwoording van deze vraag uw argumenten.